29 August, 2007

vaderliefde

Donderdagavond, bijna een week geleden. Mijn vader staat op de lijst van de partij.

Hij was onderweg om te tekenen toen hij gebeld werd: hij zat er toch niet bij. Bij nader inzien. Ze wilden graag nog 1 plaats vrijhouden, iemand anders (wat?) moest (ook) mogelijk nog op de lijst geplaatst worden. Het speet hun, maar het lag allemaal heel ingewikkeld en gevoelig binnen de partij.
Huh? Wat?

Griekse politiek: inderdaad ietwat ingewikkeld en ook nog eens zeer overgevoelig.Het beste kan ze vergeleken worden met de liefde. Tot op het állerlaatst worden beloftes gemaakt of verbroken. Óf je wordt ondergedompeld in liefde en meteen bemind tot aan de dood, óf je wordt met je hoofd ondergeduwd in een tijl met ijsblokken en al druipend alleen achtergelaten in je eigen misere. In griekse politiek is alles geoorloofd, ook dit.

Vrijdagnacht. Ik kom in Griekenland aan.

Zaterdagochtend. Ik ontmoet (eindelijk) mijn vader.
Ik heb hem beetgepakt (zie ook foto's: mijn vader is dus 1.60 meter lang en daarmee een kop kleiner dan ik, heeft een buikje en zeer griekse snor, dus dat vastpakken ziet er altijd best grappig en klungelig uit voor buitenstaanders). Toen ik hem losliet keek hij me aan en zei: "ik ben aan de camper aan het klussen". Ik knikte en heb het hele weekend zitten kijken naar zijn geklus. Strohoed op, beetje hier, beetje daar. 37 graden en hij bikkelde maar door. Soms is het even nodig om het verstand op nul te zetten.

Zondagavond. Eindelijk kan hij zjn gedachten ordenen.
Mijn wijze vader heeft besloten dat zijn afgelopen jaar zeker niet voor niets is geweest. Hij heeft veel geleerd, veel opgebouwd. Nee, dat verdwijnt niet. En hij wil graag door met 'zijn werk' (een aantal commissariaten en een aantal adviserende functies staan hem (mogelijk, tja alles is een beetje wankel nu) te wachten). Mijn vader, die ik altijd al als degelijk en idealistisch heb gekend, heeft dus al klussend besloten dat hij gewoon van middel moet veranderen. Is het niet als parlamentslid, dan als wat anders. Het werk gaat door en er zijn meer ballen waarmee gescoord kan worden. Op dat moment kan ik alleen maar respectvol naar hem kijken. Het schiet door mijn hoofd dat je misschien eerst 60 moet worden om zo wijs te kunnen spreken. Ik voel namelijk niet met hem mee. Zelf ben ik boos en verwijtend. Roet in het eten, een zak snoep die je ineens bij thuiskomst met je broers en zussen moet delen. En hoe durven ze eigenlijk? Wie denken ze wel dat ze zijn? Het is allemaal voor niets geweest, zelfs mijn aftocht naar dit land van de duizend temperamenten. Ik hoef toch immers niet heel hard te werken, campagne te voeren? Ik hoef niet meer van eiland naar eiland te racen, posters te plakken, flyers te verdelen, handjes te schudden en mijn vaders rug af en toe te rechten?
Tot laat op de avond praten we door over zijn dromen. Over het boek wat hij wil schrijven, het dorpje van zijn ouders waar hij altijd nog graag een klein huisje zou willen. Over ecotourisme, over de partij, over zijn reizen tot nu toe. Het nare gevoel van de hele afgelopen week weg begint zachter te worden. De verscheurde droom van de campagne, die verdwenen hoop op een intense en bijzondere samenwerking met mijn vader worden behapbaarder.

Zondagavond laat.
Gelukkig blijkt er nog genoeg te doen te zijn. Alleen is mijn bijdrage nu even gereduceerd tot slechts 1 component: dochterliefde.