22 June, 2009

generatie Y thuis op de werkvloer

http://www.youtube.com/watch?v=-hbdVVOe2JQ

06 June, 2009

iedereen wil ze

Sinds ik terug ben valt me op dat iedereen ineens meer interesse heeft in een thema waar ik al wat langer mee bezig was: twintigers. 
Leuk! Eindelijk, meer aandacht voor mijn generatie. Meer aandacht voor jong talent, meer aandacht voor een groep startende arbeiders die haar weg maar moeizaam lijkt te vinden. 
Zo ook op een bijeenkomst waar ik laatst was. Ik deed mee aan een generatiedialoog, die georganiseerd werd door een bureau dat zich inzet voor twintigers. De intentie was om 'ouderen' (boven de dertig) te laten praten met jongeren (onder de dertig). Zo zou er iets (anders?) ontstaan. De sessie had een naam met het woord Twitter (iets dat leek op dialoog in de twitterzone) erin en insinueerde dat we met z'n allen gingen twitteren. Nu ben ik zoiezo als geen voorstander van het meegaan met elke hype die er is, maar dat laat ik even achterwege voor nu. 
Terug naar de workshop, twitteren dus. Een workshop van korte duur, van snelle rondes. Dat spreekt aan, ik geef toe. Alleen het gewenste effect bleef uit. 
Het werd een workshop met weinig inhoud, veel structuur met vooral veel aanwijzingen door de workshopbegeleiders. Terwijl twitter juist een open community is. Waar iedereen mee kan praten, met iedereen contact kan zoeken vrij kan verbinden. Door de vele instructies en opdrachten werd het een workshop met weinig ruimte voor dialoog, terwijl dat juist de intentie was. Hmmmmm.
Mijn vermoeden is dat steeds meer mensen beginnen in te zien dat twintigers wel wat meer kunnen brengen dan alleen een frisse jonge honden blik. Dat hun omgang met media, markt en elkaar daadwerkelijk anders is en wellicht wat kan betekenen voor de rest van het bedrijfsleven. En ik ben blij. Wat iedereen wil ze (ons).  En iedereen houdt zich er ineens mee bezig, twintigers. Eindelijk. 
Wel ligt er een grote valkuil op de loer: na te gaan bootsen wat zij (wij) zo goed kunnen. Dat werkt niet. Er is namelijk een reden voor dat onze generatie twitteren heel makkelijk vind. Dat we snel met elkaar kunnen schakelen zonder uren te hoeven discussieren. Dat we goed naar elkaar kunnen luisteren zonder bij het eerste beste meningsverschil te denken dat onze idealen te grond in geboord worden. En dat vijftigers dat wellicht niet kunnen. 
Als vijftiger vorm geven aan een 'twittersessie' wordt al gauw nep, gekopieerd en helaas ook weinig diepgaand. En komt de dialoog in plaats van wel, juist niet op gang. Omdat er zo hard geprobeerd wordt. Mijn tip aan de vijftigers (en alle anderen ook trouwens): blijf lekker jezelf, dat is goed genoeg. En mocht je in gesprek willen met twintigers, allochtonen of homseksuelen omdat je denkt dat er iets te halen is dat anders is, doe dat gewoon. Wie weet wat er ontstaat. 

04 June, 2009

wijze dalai

Geduld, ging het over. Precies op een dag dat mijn geduld op was. Op een dag dat ik met niet een maar twee verkeerde benen uit bed stapte. Dat mijn band lek was, de sleutels van de reservefiets kwijt waren, er iemand die met mijn lief mee zou rijden een kwartier te vroeg bij ons op de stoep stond en de ingang naar de Rai (fietsend) onvindbaar was. 
Geduld. Het leren aanschouwen van je boosheid vanuit het hoekje van je geest. 
Geduld. Het klaar staan voor lijdenschap omdat het nu eenmaal bij het leven hoort. 
Geduld. Het kunnen zien dat de wereld groter is dan de stok waarmee je een klap krijgt. 
Toen ik even zat en weer adem kon halen, drongen een aantal van zijn woorden tot me door. De dwaasheid van de ochtend (foolish, zou hij zeggen) raakte me. Waar gaat het over? 
Mijn gedachten schoten naar een goede vriendin. Haar zusje heeft net een terminale diagnose gekregen. Mijn fietsproblemen vallen nu helemaal in het niets. Waar gaat het over? 
Geduld. Een dwaze ochtend zakt snel weer weg met de beoefening ervan. Dan lijken de woorden van de lama wijs, zinvol, redelijk. 
Maar wat de doen met geduld als je niet zeker weet of je naaste er vorig jaar nog wel zal zijn? 

03 June, 2009

madrid

De stad waar stiergevechten nog steeds on top of the agenda staan. Waar de keuken op een maandag avond tot 0200 uur open is. Waar verstedelijking onotkoombaar was. Waar de straten 'smiddags al naar gebakken ui ruiken. Waar zakenlui met slechts een agenda en een mobiel in hun hand over straat lopen. Waar goede warme lunch een paar euro kost, nog steeds. Waar de siesta heilig.  
3 dagen lang hebben we er rondgelopen. Mijn zus en ik, Grieken in het Spaanse. De zon scheen op onze koppies,  de warmte maakte ons loom. Wat voelden we ons thuis. Wat kunnen mediterrane wortels toch sterk zijn....

25 May, 2009

generatie y tip

http://strawberryearth.com/

opluchting

Zaterdagavond naar het festival aan de werf. Op de bonnefooi naar een voorstelling door jonge marokkaanse acrobaten geweest. Een uur lang met ingehouden adem gekeken naar hun sprongen, hun zang, hun simpele creativiteit en hun oprechte blik. Ik wist het allang maar toch was het een opluchting. Om te zien wat een mooie dingen marokkanen kunnen maken....

20 May, 2009

evenementenbureaus van de toekomst

Al maanden kreeg ik uitnodigingen. En gister ging ik voor het eerst. Ergens op de Westerstraat, stond een groepje jonge vrouwen. De een in hakken, de ander in spijkerbroek. Hoewel het een paar minuten voor aanvang was, was de deur nog gesloten. Wachtend, in het zonnetje, stel ik mezelf voor. Op klokslag 8 komt de sleutelhoudster aangefietst. Boodschappentas van de Albert Heijn aan haar stuur, sleutel in de hand. Binnen een paar minuten staan we binnen. Routineus worden drankjes gemaakt (thee, spa en wijn). Er worden jassen opgehangen, tassen weggezet. Aan een lange houten tafel (eigendom van het bedrijf waar een van deze jonge vrouwen voor werkt) nemen we plaats, aan het hoofd onze gast, Laura Dufour van het Stijlbureau
Dit initiatief is van drie van de jonge vrouwen die aanwezig zijn. Voor hun netwerk organiseren ze avonden waar ze ondernemende vrouwen voor uitnodigen, die iets willen vertellen over hun carierre. Dit schijnt de 7e bijeenkomst te zijn en ze zijn groeiende. 
Er lijkt weinig voor nodig, de avond loopt ontspannen, bijna vanzelf. Hoewel er weinig structuur is krijgt onze gast maar weinig tijd om adem te halen. De vragen blijven komen en ze blijftze beantwoorden. 
Tja, wat heb je ook nodig? Een leuke gast uit je netwerk, een lange tafel, een tas met drankjes en vrienden en bekenden die het ook leuk vinden om over hun carriere na te denken. Eingelijk best simpel. En de generatie Y doet het gewoon. Low key, intiem en praktisch.
Ik wens de evenementenbureaus van de toekomst veel succes.....

19 May, 2009

Generatie Y: onthyped

Jongeren volgen op werkvloer mediagedrag ouderen. Generatie Y werknemers - privé grootgebruikers van online social media - gebruiken deze op het werk niet méér dan hun oudere collega's. Zij zoeken juist naar persoonlijk contact en begeleiding..... meer op http://www.logeion.nl/k/89/news/view/53468/140/Generatie-Y-onthyped.html 

generatie Y tip

blik op generatie Y en consumentengedrag

twitter

Vol goede moed ben ik begonnen. Best leuk, de wereld vertellen over waar je mee bezig bent. Grappig ook, om te zien waar anderen mee bezig zijn. Dus ben ik lid geworden. gezocht naar vrienden en bekenden die er ook op zaten. Nu ben ik niet zo'n hele goede netwerker (de rest van mijn generatie schijnt dat wel te zijn, wederom volgens het laatste onderzoek dat naar kenmerken van mijn generatie is gedaan) dus heb zeker weten niet al mijn contacten orderlijk in een adresboek staan (de vraag is natuurlijk of het ordenen van je contacten iets zegt over of je een goede netwerker bent, maar dat bewaar ik voor een ander stukje). 
Al zoekend naar medetwitters werd ik teleurgesteld. Weinig tot bijna geen. Wel krijg ik er steeds nieuwe onbekende vrienden bij. Zelfs mensen waar ik inhoudelijk (zeg werk, hobby of iets van deze orde) geen band mee heb zijn me gaan volgen (bijvoorbeeld michiel mulder gemeenteraadslid amsterdam). Best grappig maar of ik er waarde aan hecht? Nee. 
Toch het liefst nog contact met mensen waar ik wel wat mee heb, dat is wat overzichtelijker. De wereld is namelijk al groot genoeg en in de brei van de onbekenden ga ik me alleen maar eenzamer voelen.....

18 May, 2009

jongetje van vijf

Mijn vriend is tegen de veertig. Hij heeft net zijn baan opgezegd omdat deze hem niet beviel en is om zich heen aan het kijken. Op zeer digitale wijze is hij zich ook her en der aan het aanmelden: LinkedIn, Twitter en Hyves. Lekker bezig dus.
Gister zaten we tijdens het uitzoeken van een film samen op zijn blackberry een recensie te lezen. Er zat een filmpje bij. Met mijn generatie Y vakkundigheid liet ik hem snel ff zien dat je je youtube ook via je mobiel kunt bekijken. Zijn ogen gingen ervan glinsteren. Zou dat echt kunnen? Vanaf hier (in de kroeg) op mijn schermpje gewoon een trailer van de film kijken (die dus over 5 minunten in de zaal van die kroeg begon) ???? En toen was ie even stil. Aan het denken, denk ik. Toen kwam het: kan het ook met twitter? Zijn grote ogen, zijn glimmende pupillen en de grijns in zijn ogen logen er niet om. Een jongetje van vijf. Heerlijk.
Sommigen worden bang van de technologische revolutie. Altijd en overal verbonden zijn. Nooit meer buiten hoeven te komen. Overal en altijd vindbaar zijn.
Ik werd er gister heel blij van. Waren we toch maar vaker een jongetje van vijf....

12 May, 2009

doelen

vandaag zei iemand tegen me: jij kunt ook niet gewoon spaans leren, jij moet dan ook meteen een examen halen. en het klopt. ik wilde graag spaans leren en goed. dus om het ook door te zetten had ik een doel nodig, net even wat hoger dan ik aankan. prima recept om lekker gemotiveerd te blijven. dus ben ik hard aan het studeren. en staat het bloggen weer even op een laag pitje. 
vrijdag is het zover. dan ga ik het hopelijk halen. en vanaf vrijdag heb ik me ten doel gesteld weer wat vaker te bloggen. nog een doel erbij....
wat zou het leven toch zijn, zonder doelen ;) 

11 May, 2009

weg

even in italie geweest. wat een feest. 
wijn, pasta, zon en zonnerbrillen. 
een waar genot voor oog, maag en smaakpupil. 
een paar dagen terug kwam ik weer terug. 
in de trein begon het te hagelen en mijn aansluiting was toch wat laat. 
maar door de regen kwam toch de zon weer. 
en de eendjes zwommen rond met hun kleintjes achter zich aan. 
het mei en toch nog lente. wat een feest. 

27 April, 2009

twintigers

Er komt veel langs over marketing en presentatie, als je stappen zet in een productiewereld. En er is veel theorie, natuurlijk, over hoe je dit moet doen. De meeste methodieken die je aangereikt krijgt en, eerlijk is eerlijk, die ik zelf ook aangereikt heb, gaat het om het zo concreet en duidelijk mogelijk wat je aan het doen bent, hoe je het aan doen bent, voor wie het bestemd is en wat het eindpunt moet zijn. 
Nogal wat structuur dus. 
In mijn gesprekken met anderen vertel ik over HET boek wat we aan het shrijven zijn: twint|tigers. 
Het boek gaat over dolende twintigers, hun levensvragen en hun reflecties. 
Het is bedoeld voor andere twintigers. Het doelt op herkenning en opluchting. Het doelt op het vertellen van mijn verhaal, ons verhaal. Dat is alles. Meer niet en ook niet minder. 
Vaak wordt ik bevraagd. Over hoe dan, wat dan, waarom dan. 
Aan de reactie van anderen merk ik dat ik het het niet goed genoeg kan vertellen. Misschien ook wel omdat ik het niet goed weet. Het ging gewoon zo, eigenlijk heel praktisch: mensen vonden mijn weblog leuk en mijn verhalen in trainingen. Ik zag dat ze sterker werden, toen ze luisterden naar elkaars verhalen. Dat ze opgelucht keken als ik wel eens vertelde dat ze niet de enige waren die zich zo 'los' voelden. Toen zeiden een paar mensen: waarom zet je het niet op papier? Toen zei mijn Ex, goh, daar ben ik ook mee bezig. Toen zeiden we leuk, laten we het samen doen. Nu blijkt dat we het kunnen. We hopen dat een uitgever dat ook vind. En misschien wat later ook een hele hoop twintigers. 
Dat zijn de enige redenen. Meer heb ik niet. Diper en verder dan dat gaat het gewoon niet. 
Goh, zou ik twintiger zijn???  

22 April, 2009

U

Gister was ik in gesprek over het boek, twintigers. Doordat ik het een beetje moest verkopen, presenteren, vertelde ik over de zin van het boek. Ik legde uit dat onze generatie, de twintigers, vanuit jeugdigheid en frisheid veel kunnen betekenen voor andere generaties. In het bedrijfsleven, het dagelijks leven, het maatschappelijk leven. En dat,doordat we af en toe een beetje van god los zijn (internetvolle en kerklozen kinderen die we zijn) we ons niet te veel aan zaken hoeven te verbinden om iets voor elkaar te krijgen.

Noodsein!!! In mijn hersenen gaat een rood lampje branden, er rinkelt een alarmbel af. Jeugdigheid, frisheid.... Ik val stil.
En moet denken aan de postbode die ik heel even daarvoor de weg heb gevraagd. En die mij vriendelijk aansprak met u: "als u de eerste naar links gaat....".
En aan die meid dit gister dat kastje kwam halen wat ik op marktplaats had gezet. "Wat woont u hier leuk...!"
En aan een van mijn vriendinnen, die toen ik haar weerzag na een tijdje reizen, wist uit te spreken: "goh, je kunt wel zien dat je gereisd hebt, je ziet er ouder uit..."
En aan mijn lief die laatst een (weliswaar lief, maar toch) grapje maakte over mijn rimpels.
Toen ik aan mijn gesprekspartner bekende wat er aan de hand was, schoot hij te hulp. "Je bent toch hou oud je je voelt?"
Tja...
Vrouwen schijnen te pieken rond hun dertigste. Op carrieregebied (net voor of na de kinderen), op emotioneel gebied (hormonen die zich dan eindelijk voor een tiental jaren stabiliseren) en op seksueel gebied.

Volgende maand is het zover. Dan ga ik mijn laaste jaar als twintiger in, voordat ik dertiger wordt. '
Ben ik aan het pieken of moet het nog komen? Ik weet het niet.
Naar, dat je weet wat een piek was, pas als je hele curve hebt gehad.
Ik weet wel het volgende: ondanks mijn rimpels en de U die ik her en der naar mijn hoofd gesmeten krijg, voel ik me nog steeds fris en fruitig..... en dat ga ik het hele komende jaar (én het jaar erop) ook lekker zo houden... Ik hoop dat mijn gesprekspartner gelijk had....

16 April, 2009

amsterdamse yuppen

Van Rio naar Amsterdam. Wat een cultuurschok. 

In Rio geven ze elkaar te eten, ook als ze zelf niks hebben. 
Ze drinken bier, ook als ze het niet kunnen betalen.
Ze lachen naar je, ook als ze geen tanden hebben. 

In Amsterdam snijden ze je af op de fiets. 
Smijten ze de daghap op  je tafel.
En kijken ze je raar aan als je glimlacht naar iemanddie je niet kent. 

Gister viel ik met mijn fiets, op straat. In Amsterdam. In een net vernieuwde wijk, vol met hippe appartementen. Waar yupperige, jonge Amsterdammers wonen. Geen goede plek om te vallen dus. 
Best hard viel ik, zowel de tegenligger (ook fietser) als ik schrokken nogal van onze onbedoelde frontale collisie. Ik bleef daarom even zitten op de grond, om te voelen of alles er nog wel aanzat. 
En binnen die paar seconden gingen maar liefst 5 deuren open. Daar renden ongeruste Amsterdamse yuppen uit, vragend of ze konden helpen of een ambulance moesten bellen. 
Ik ben maar snel weer rechtop gaan zitten. Om te voorkomen dat er nog meer ongeruste yuppen naar buiten zouden sprinten. En heb me voorgenomen niet te vergeten een open blik te bewaren. Want zelfs in een stad als Amsterdam kun je verrast worden.....


15 April, 2009

wat ik ben

Laatst heb ik me aangemeld bij een netwerk voor ondernemers, in Amsterdam. Gewoon, om eens een andere plek te hebben om te werken dan thuis. En om interessante mensen te ontmoeten die min of meer hetzelfde als ik aan het doen zijn. En om werk te krijgen of te geven. Al die dingen die bij een netwerk horen. Leuk! 
Totdat ik in de knoop kwam. Want bij mijn profiel moest ik iets invullen wat ik niet zomaar paraat had. Mijn rol (in dit geval gewoon een leukere naam voor functie of beroep) invullen wat ik deed. Nou heb ik tijdens allerlei cursussen in een ver verleden zelf geleerd maar ook aan anderen geleerd (wat een geleerdheid toch...) dat je hier kort en duidelijk in moet zijn,  SMART, AIDA, je eigen merk, of zelfs iets met een lift in elkaar moet knutselen.  

Uhm. Ja. Zo'n twee jaar geleden lukte het prima. Met 1 baan en 1 hobby kun je best makkelijk bondig blijven. Maar wat te doen op het moment dat je besloten hebt je leven in of op te vullen met van alles en nog wat zolang het maar aan het criterium ik moet het leuk vinden om te doen voldoet? Daar af en toe per toeval geld mee verdient en dan ook nog eens blijkt dat het veel (heel veel) meer dingen zijn dan wat je gestudeerd hebt, je intellectueel uitdaagt en bij je drijfveren past? Gewoon omdat je ook schrijven, interviewen, lezen, spaans leren, sap maken, training geven, congressen bedenken, massages geven, coachen, koken, kopen en verkopen, meubileren, onderhandelen, anderen helpen etcetcetc leuk vindt. 

Ik heb het mezelf makkelijk gemaakt. En onder het kopje 'rol' ondernemer gezet. Hoewel ik me bewust ben dat het niet de lading dekt.* Maar nadenken over welk label dan wel bij me zou passen valt nou net niet binnen de categorie 'leuk om te doen'. 

* Zie hier een aantal referenties:
Ondernemer volgens van Dale: iemand die een bedrijf voor eigen rekening uitoefent
Ondernemers volgens wikipediaeen persoon die als doel heeft zich een inkomen te verschaffen door met een bepaalde combinatie van arbeidkapitaal en kennis een bedrijf te leiden of in stand te houden
Ondernemer volgens de wet: iemand die een duurzame organisatie van kapitaal en arbeid die door deelname aan het economisch verkeer beoogt winst te behalen

31 March, 2009

druk

Druk. Een staat van zijn die ik goed beheerste, net zoals meer twintigers om mij heen. Logisch. Aangezien ik er vaker wel dan niet in verkeerde. 
Bellen en mailen tegelijk. Bellen en rijden tegelijk. Een zakelijk gesprek afhandelen en een smsje sturen: tegelijk. Ik wist altijd precies hoeveel tijd er nodig was om tussen werk en mijn te eten arriverende bezoek een bijzondere maaltijd aan te schaffen en op tafel te zetten. Hoeveel tijd ik nodig had om nog voor de bioscoopvoorstelling van 21.15 nog te kunnen eten en een snelle maar nog wel voldoende calorieverbrandende sportschoolsessie te houden. Mijn gemiddelde dag. Heerlijk!
En toen ging ik op reis. 5 maanden zonder eisen, bepalingen, voorwaarden en verwachtingen. Met mijn spirituele, vooraf bepaalde voornemens onder de arm: 

a. leven in het moment
b. op zoek naar vrijheid en nieuwheid 
c. blijven of gaan op basis van verlangen

Langzaam, je raadt het al (of hebt mijn weblog goed in de gaten gehouden), ben ik ontwend, afgekickt.... 

Nu ben ik terug. In mijn oude wereld. Met een nieuw, nog wat onwennig ritme.  
Dag in dag uit span ik me in om het oude vertrouwde en het nieuwe geleerde te combineren. Om zonder agenda te leven in een wereld die minimaal 3 en maximaal 64 weken vooruit is gepland ( privé en zakelijk). Om te genieten van het moment, terwijl de telefoon aan het rinkelen is. Om uit te zoeken welke voorstelling leuker is, terwijl de kaartjes uitverkocht raken. 
Ik heb het er maar druk mee...

30 March, 2009

recessie

Zelfs tijdens het reizen was er geen ontkomen aan. Hoe ik ook mijn best heb gedaan om alles rond de verslechterende economie te vermijden, toch heb ik het mogen aanhoren.
Hoe de banken in aan het storten waren. Hoe de overheid keer op keer moest ingrijpen. Hoe het kapitalisme ons in de steek aan het laten was. Hoe grote aantallen mensen ontslagen werden. Hoe je niet meer aan de bak kon komen. Hoe bang ik wel niet zou moeten zijn als kleine zelfstandige om terug te keren in een dalende economie.
Een beetje afwachtend kwam ik terug, nieuwsgierig naar wat ik zou aantreffen in de wereld die ik achter mij had gelaten.
In de buurtkroeg speelde een bandje. In mijn favoriete restaurantje moesten we gewoon weer reserveren omdat het zo druk was. De onderburen hadden net dat (inmiddels tweede) nieuwe huis gekocht. Oud collega's waren ook voor zichzelf begonnen. Vriendinnen zetten hapjes met dadels en prosecco neer als ik over de vloer kwam en bij de sportschool is nog steeds een wachtlijst.
Weinig veranderd. Gelukkig maar, want het is fijn om na lange tijd weer te mogen nestelen tussen wat oude vertrouwde takjes.
Weing veranderd. Ook wel jammer eigenlijk. Want er is wel degelijk iets veranderd in onze wereld. En daar zullen we wel degelijk ooit de prijs voor moeten betalen.
Is het niet zo dat we het toch anders moeten gaan doen om ooit anders te worden?

28 March, 2009

ploeteren

Wat heb je nodig om weer terug te komen in een systeem wat verder is gegaan zonder jou?
Als ik heel eerlijk ben, weet ik het niet zo goed. Al ruim twee weken duurt mijn zoektocht en eruit ben ik zeker nog niet. Ik voel me nog steeds een reiziger, maar het verste reisje wat ik maak is met de NS naar Meppel. Ik sta nog op zomerstand en toch loop ik maar met handschoenen aan omdat mijn vingers er zowat afvriezen. Ik sta op om 09.00 uur en voel alsof het 06.00 uur is. Ik zweef, daar waar anderen om mij heen aan het rennen, werken, organiseren, plannen zijn.
Natuurlijk zijn er voldoende 'ontlastende' factoren, die uitleg geven voor mijn op hol geslagen staat van zijn. Het weer wat zo anders is, de dozen met spullen die ik nog steeds niet helemaal uitgepakt heb, Zeeburg, waar ik nog niet aan gewend ben en mijn stadje Utrecht wat ik heel erg mis, een antibioticakuur die zwaarder uitpakte dan verwacht....
Maar toch. Wat is er aan de hand? Wat maakt dat ik, die altijd en overal wel weer kan aarden, mijn voeten maar niet op de grond krijg?
Is het systeem Nederland dusdanig veranderd in die 5 maanden afwezigheid of ben ik het, die zoveel anders is geworden? En waar zit mijn aansluiting ook alweer, mijn verbinding?
De analyticus in mij blijft aan de slag, zoekend naar oorzaak en uitleg van de situatie. Maar soms, en misschien wel vaker, en misschien eigenlijk wel altijd, is er geen oorzaak aan te duiden. En zijn de dingen gewoon zoals ze zijn. En moet je gewoon maar even rondploeteren om weer je eigen weggetje te vinden.
Ploeteren: waden in modder of vuil; zwoegen.
Ik hou niet van ploeteren. En al helemaal niet in de modder....

18 March, 2009

kloppend hart

Mijn hart klopt harder als ik aan 'thuis' denk. Wat is het, waar is het? Zo lang op afstand...Hoe zal het zijn om terug te komen in een wereld die gewoon verder is gegaan? Om weer in een vast patroon te stappen? Om geen reiziger meer te zijn? Mijn hart klopt harder als ik denk aan vertrek. Wat zal ik het missen: dag in dag uit kunnen besluiten waar ik naartoe wil, wat ik wil doen, wil laten en wil zijn. Nieuwe prikkels, mensen en gevoelens. Bijzondere plekken, vernieuwende impulsen. Zeeen van tijd. Reflectieve, lege, volle, angstige of vrije momenten. Mijn laatse bestemming heb ik als de meest levendige, indrukwekkende, bij mij passsende ervaren. Wat zal ik het missen: de gekoelde kokosnoten die in drie hakbewegingen voor je open worden geslagen. De spierwitte stranden, licht gekoeld door omringende palmen. De in hangmatten schommelend ondernomen boottochten op het donkere, mysterieuze water van de Amazone. De kleurrijke Brazilianen, afstammelingen en mistozos van vrijwel elk volk op onze aardbol. De trommelende handen, zingende monden en rap stappende voeten van de samba. Meer dan voldoende zal ik achterlaten, zonder het ook maar even te missen: de continue zoektocht naar bijzondere plekken, intrigerende bestemmingen. De terugkerende integratie met mensen die op mijn pad kwamen. De oppervlakkige gesprekken. De aandacht voor voedsel, wat wel of niet zou zorgdragen voor diaree of eindeloze kotspartijen. Keer op keer mijn plekje moeten vinden in een (weer!!!) nieuwe context. Het constante gebrek aan het bijzijn van iedereen die ik zo liefheb. Aan vertrouwdheid, wederkerigheid, een vanzelfsprekend gesprek. Mijn hart gaat harder kloppen. Eindelijk. Ik ga weer onder 'mijn' mensen zijn.

18 February, 2009

quente (heet in het portugees)

We komen samen, eindelijk, aan in Salvador. Na een paar dagen tussen de palmen, kreeften en mangroves op een onbereikbaar en zeer bezienswaardig eiland, zijn we weer terug in de stad…
Pelourinho, in het verleden slavenmartelpost en in het heden hart van de afrobraziliaanse sambabands, maakt zich klaar. Hoewel Carnaval al is begonnen, wordt er nog een hoedje op iemands hoofd genaaid, een kraampje gepoetst en een bord geschreven met dikke blauwe stift: Capirinha: Rs 5,-.
’s Avonds wandelen we mee met de stoet, ons eerste blokko. Olodum bestaat uit zo’n 150 trommelaars (waarvan 3 vrouwen) en 5 zangers (waarvan 1 vrouw). Niet meer, niet minder. Met duizenden lopen we achter ze, voor ze, naast ze. We stappen voorts in de ritme van samba. Het ruikt naar zweet, huid en bier. Wiegend met hun heupen lopen ze (wij nog lang niet, toeristen die we zijn) routineus het parcours af. Het regent. Niemand trekt zich het aan. Handen gaan omhoog en verwelkomen zwaaiend de verkoelende druppels. Een touwbewaker (binnen het touw lopen de betalers; herkenbaar aan een t-shirt dat als entreekaartje fungeert, buiten het touw de ‘meelopers’ en wie in of uit gaat wordt bepaald door een touwbewaker) smeekt me om een slok bier. Hij is al 5 uur aan het lopen. Naast mij hurkt een meisje en plast op straat, midden tussen de stoet. Vanaf de kar worden gadgets naar de mensenmassa gegooid, handen grijpen in het wild om de goederen te vangen. In de vrouwen wc’s van de kar mag je als betaler plassen. Er wordt geduwd, gevochten en gesnoven.
Overal glinsterende blote buiken, eindeloos dansende voeten, non stop zingende monden, trommelende stokken. Verkopers met piepschuim koelers willen hun bier kwijt. Gelada, gelada. Carnaval hier is alles behalve gelada. Onvermijdelijk. Onvergetelijk. Quente….

10 February, 2009

legal

Legal is waarschijnlijk de meest gebruikte uitdrukking in Brazilie. Overal waar ik kom, hoppend van groen en paradijselijk eiland naar vochtig en benauwend regenwoud, naar te dicht bevolkte, hoopvolle stad, naar eindeloos palmstrand, hoor ik het woord, vaak al in de eerste paar zinnen, vallen. Legal. Een land met de 8e grootste economie op de wereld. Tevens het land waar het woord sloppenwijk geboren moet zijn. Brazilianen. De verschrikkelijk rijke minderheid uitgezonderd, hebben ze het niet altijd even makkelijk. Volwassenen dromen dagelijks van onze (blanke rijkheid). Het weerhoudt ze niet van hun dagelijkse, grijsachtige glimach. Ook niet van het maken en dansen van samba. Ook niet van een vriendelijk, wel bedoeld "What's your neimi?" Ook niet van het slapen, slapen, slapen en in hun hangmat hangen..... De kinderen. Te kleine lijfjes en te oude gezichten. Ze rennen rond over de rotsen en het zand, het strand en de golven hun speeltuin. Ze maken speelgoud van vuilnis en halen het niet in hun hoofd om je geld of wat anders te vragen. Ze pakken je hand vast als je weer gaat, na een paar dagein in hun dorp. Ieder die je vraagt wat ze van (hun) Brazilie vinden (in tegenstelling tot 10 jaar geleden waarin iedereen naar het rijke Westen wilde, heb ik me laten vertellen) geeft hetzelfde, unanieme antwoord: LEGAL. Legal betekent COOL. Ik ben het met ze eens.

27 January, 2009

terzake


Een reis van 5 maanden. Door een continent van 17.819.100 m2 waarvan ik pakweg op zijn best 0.1 % van gezien zal hebben. Te zeggen dat ik het heb leren kennen, zou een leugen zijn. Toch doe ik een goede poging. Van bestemming naar bestemming, vragend aan andere reizigers, locals en lezend in mijn LP (wat mij betreft altijd als laatste resource) kom ik tot die puntjes op de kaart die ik graag gezien wil hebben. Van het een naar het ander, pas ik een bus, trein, auto, jeep, ferry, vissersboot, of vliegtuig. Soms loop ik het, met name als het een grens betreft.
Met ruime 3 maanden erop zitten, blik ik (al) af en toe terug. Op de momenten die een indruk achter hebben gelaten, die me geraakt hebben. En hoewel ik (nog) druk bezig ben met het organiseren van mijn vervoer van doel naar doel, realiseer ik me dat de dingen die me echt geraakt hebben, geen bestemming waren, maar gewoon, zomaar onderweg langskwamen.

In een overvolle bus naar de grens geeft een jonge moeder haar kind staand in het gangpad zonder blikken of blozen de borst. Een man geeft me in de hete bergen wat coka, om op mijn benen te blijven staan. Op de markt reikt een bolle Boliviaanse mij haar eerst gebakken visje aan. Het doofstomme meisje wat mij in elke klas achtervolgt en hanenpoten in haar schriftje krast, zogenaamd kopierend wat ik op het bord zet. Ik slaap in een boomhut van een reservaat waar ik terechtkwam omdat ik ziek was en niet naar de volgende stad kon reizen. Er loopt een (echte) gaucho vlak langs ons over het plein, waar we om 06.30 uur sochtends staan te debatteren of we verder reizen of niet. Er zit een vlinder in het hostel in de wasserette, terwijl wij al de hele dag in de bloedhitte door een reservaat zijn gelopen. Er zwemmen twee dolfijnen langs net voordat we aanmeren in de haven met de boot die me terugbrengt naar het vaste land, na 4 dagen op een tropisch eiland.

Mijn oud directeur preekte vaak. Een van zijn preken luidde: wat wij als terzake zien is eigenlijk terzijde en het terzijde juist terzake. Hoewel ik het nog veel met hem oneens ben, begin ik dit, nu met wat eigen ervaringen erbij, te geloven. Wellicht dat ik niet op reis ben voor de bestemming, maar voor het pad op zich. En is het wel zo dat het doel niet hetgene moet zijn waar ik (en we) met z´n allen naar op zoek moeten zijn. De maanden die mij resteren, ben ik voornemens mijn doelen wat meer links te laten liggen, mijn reis wat meer te laten ZIJN. Met het risico dat wat terzijde was terzake wordt en daardoor weer terzijde...

25 January, 2009

kleine wereld


In een kleine week tijd heb ik het gepresteerd om het grootste contrast tot nu toe van mijn reis neer te zetten. Nu, zittend in een hostel achter het internet, realiseer ik me dat het nauwelijks in mijn koppie past. Daarom wil ik het graag woorden geven...

Zaterdag: met een blauwe houten vissersboot meer ik aan in de baai. Het zand is wit, zo dun als stof. Het atlantische regenwoud doemt over het slaperige strand. De arendachtige vogels vliegen laag over het eiland, op zoek naar prooi. Het eiland bestaat uit 1.000 vaste bewoners.
Zondag: de zoektocht naar een hostel levert meer dan veel op. Een oudere visser, die me graag meeneemt ´s ochtends om krabben te vangen. Ik doe een poging tot surfen en mag tot mijn verbazing gewoon zomaar een board mee de zee in. Na een gevecht van een uur geef ik toe dat deze golven mijn beginner-surfer-niveau te veel zijn.
Maandag: een lange wandeling over het verlaten strand en een duik als enige in een baai de grootte van de IJhaven. De boot naar de haven. Zes uur wachten op een guur busstation, bellend met de ABN AMRO die mijn pinpas mag blokkeren omdat er maar liefst ¢ 1700 van mijn rekening is gehaald via de, blijkbaar vrij populaire, skimtechniek.
Dinsdag: ik kom om 06.00 uur aan in Sâo Paulo, stad van 20 miljoen inwoners. Het busstation is groter dan het vliegveld van Athene. Het stinkt er naar uitwerpselen. Bij het touristenbureau waarschuwen ze me niet in het donker alleen over straat te gaan. In de metro zie ik een aanplakbiljet met `Er reizen dagelijks 3.000.000 mensen met de metrô de Paulistas´. Ik bezoek het MASP en wandel urenlang door de metropol. Ik koop in een boekenwinkel die wel 5 X groter is dan die ene in Rotterdam, 4 Engelse boeken, omdat het ruilen van boeken in BrasiU nogal tegenvalt. Voor donker ben ik binnen en zit ik met mijn billen, een boek en een biertje op de bank van het hostel. Gister liep ik met mijn blote voeten op het strand, onder een hemel vol sterren, luisterend naar de branding.
Wat is de wereld toch groot, en klein tegelijk....

24 January, 2009

BraziU

beeld is een handelaar van iets dat ik veel vaker ga tegenkomen, heb ik zo’n vermoeden. Kenmerkend voor de Braziliaanse cultuur, maar ook zeer begrijpelijk gezien de aanhoudende en klamme hitte. In alle kleuren en vormen hangen ze er. Hangmatten!
Al meteen blijkt dat ze niet slechts een souvenirtje zijn, maar dat ze ook daadwerkelijk, zelfs in de stad, gebruikt worden. Aangezien de taxichauffeur die ons weg zal brengen eerst uit zijn hangmat moet klimmen, deze af moet tuigen en op moet vouwen voordat hij in de auto kan stappen. Heerlijk, ik voel me meteen thuis.
En dat geldt voor veel tot nu toe. Brazilië is het land waar ik eigenlijk niet naartoe zou gaan, het land waar ik het minst over gelezen heb en het eerste land in tijden waarin ik geen snars van de taal begrijp (Portugees zou toch een beetje op Spaans lijken?). En toch voelt het meteen dichtbij, thuis.
Op straat, langzaam voortwiebelende mensen. Ze lopen alsof ze dansen, de samba aanwezig in hun heupen. In de natuur, meer van de oorspronkelijke bewoners. Ze vissen in de rivieren en leven met de slangen. De gids neemt ons mee zijn wereld in. Piranha’s vissen en zwemmen met ze. Paardrijden door het woud en stilletjes op zoek naar apen en armadillos. Verhalen over slangenbeten aan de lange eettafel. Eten van gefrituurde piranha’s. Caipirinhas aan de houten bar en lessen Forro. Uitgeput in slaap vallen in een hangmat, die eigenlijk best goed slaapt tegen de derde nacht.
Ik ben er pas een week. Brazilië bevalt me prima.

22 January, 2009

Thuis

Brazilië. De 8e grens. De een na laatste. Denk ik. Want ik zit inmiddels weer zo dicht bij Bolivia, dat ik twijfel of ik nog even langsga.
Het eerste beeld is een handelaar van iets dat ik veel vaker ga tegenkomen, heb ik zo’n vermoeden. Kenmerkend voor de Braziliaanse cultuur, maar ook zeer begrijpelijk gezien de aanhoudende en klamme hitte. In alle kleuren en vormen hangen ze er. Hangmatten!
Al meteen blijkt dat ze niet slechts een souvenirtje zijn, maar dat ze ook daadwerkelijk, zelfs in de stad, gebruikt worden. Aangezien de taxichauffeur die ons weg zal brengen eerst uit zijn hangmat moet klimmen, deze af moet tuigen en op moet vouwen voordat hij in de auto kan stappen. Heerlijk, ik voel me meteen thuis.
En dat geldt voor veel tot nu toe. Brazilië is het land waar ik eigenlijk niet naartoe zou gaan, het land waar ik het minst over gelezen heb en het eerste land in tijden waarin ik geen snars van de taal begrijp (Portugees zou toch een beetje op Spaans lijken?). En toch voelt het meteen dichtbij, thuis.
Op straat, langzaam voortwiebelende mensen. Ze lopen alsof ze dansen, de samba aanwezig in hun heupen. In de natuur, meer van de oorspronkelijke bewoners. Ze vissen in de rivieren en leven met de slangen. De gids neemt ons mee zijn wereld in. Piranha’s vissen en zwemmen met ze. Paardrijden door het woud en stilletjes op zoek naar apen en armadillos. Verhalen over slangenbeten aan de lange eettafel. Eten van gefrituurde piranha’s. Caipirinhas aan de houten bar en lessen Forro. Uitgeput in slaap vallen in een hangmat, die eigenlijk best goed slaapt tegen de derde nacht.
Ik ben er pas een week. Brazilië bevalt me prima.

16 January, 2009

praktisch gemis

Buiten het lodgeachtige hostel zeg ik de inmiddels tweede vertrekkende vriendin gedag. Ik druk haar in mijn armen en laat mijn tranen vrijuit gaan. Ze zwaait vanuit de taxi. Ik ben weer helemaal alleen.
Hoewel ik de eerste paar uren niet goed weet wat ik moet doen alleen aan het zwembad, wen ik snel. Ik spreek mezelf moed in, het is nog een maand alleen en twee maanden voordat ik mijn vriendjes en vriendinnetjes weer zie. Ik slaap wat, internet wat en pak de bus naar het centrum om daar mijn volgende verbinding naar het midden van het land te halen. Ik ben, kan en wil weer op pad. Op weg naar nog meer avonturen.
Op het busstation moet ik wat wachten op de bus. Ik besluit naar de wc’s te gaan, hokjes die zo krap zijn dat je er net in kan plassen en om erbij te komen mag je betalen bij een meneer die een stroef draaihekje bedient. Met rugzak en al wurm ik mezelf door de hekjes en het wc hokje in. En dan komt de klap. Ik ben weer alleen. Niemand om even op mijn tas te letten, om aan te vertellen dat ik even ga plassen en zo weer terug ben.
Eenmaal in de bus komt de tweede klap, als ik naar mijn stoel loop, in een rij van twee. Ik instaleer me en na tien minuten zit er een stinkende Braziliaan naast me. Hij vraagt vrijwel meteen waar ik vandaan kom. Verdrietig geef ik antwoord en draai mijn hoofd naar het raam. Ik heb geen zin in een oppervlakkig gesprek over waar ik werk, woon en of ik kinderen heb. En waarom ik alleen op reis ben.
De derde klap komt ’s ochtends als ik de bus uitstap in een stad die veel toerisme ontvangt en zowat besprongen wordt door de promoventjes van het een of andere hostel of reisbureau. Omdat ik alleen ben overvallen ze me massaal, hopend dat ze kunnen verkopen. Ik pak mijn rugzak en loop snel door, doend alsof ik weet waar ik naartoe ga (wat meestal ook wel het geval is, alleen deze keer stond er even geen plattegrondje in mijn reisgids). Ik baal. Niemand om tegen te mopperen, niemand om mee te overleggen.
Mijn innerlijke peptalk bleek van oppervlakkige aard. In het groots had ik mezelf overtuigd dat het weer fijn was om mijn eigen pad te trekken, om mijn nomadisch bestaan weer vervolg te geven. Maar in de kleine praktische dingetjes stak de pijn toch snel weer de kop op. Ik mis ze…

12 January, 2009

Tranen

Een bekend gezicht op Ezeiza in Buenos Aires.
Twee stevige armen om me heen in een willekeurig hotelletje in San Telmo.
De vertrouwheid van het weer samenzijn.
Tranen.

Een val. Een verrekte nek, die het vrijwel onmogelijk maakt om de stad te verkennen.
Een gestolen portomonee, waar alles in zat.
De tegenslag van vermoeidheid en acclimatisatie in een land wat 40 graden warmer was.
Tranen.

Een absurde busreis.
Een heftig verbrande huid.
Dansend onder het vuurwerk op het strand, het nieuwe jaar inluidend.
Tranen.

Twee opgezette voeten, met dank aan een mieren- muggen- of spinnenbeet.
De uitdaging van het verbinden, als je al 2 maanden aan het reizen bent en de rest net aankomt.
Een cortizonespuit en veel bananen, om weer normaal te kunnen lopen.
Tranen.

De laatste avond samen.
Een wandeling met volle maan, naar een van de mooiste watervallen op aarde.
Afscheid.
Tranen.








08 January, 2009

met een lach

Leeg. Het vliegveld van Lima voelt als verlaten. Het vliegtuig is het ook. Meer crew dan passagiers. Ze zijn vriendelijk en warm. Ook zij zijn ver van huis, op Kerstavond. De uren van de vlucht gaan langzaam voorbij, mijn ongeduld groeit... Genoeg tijd om te overdenken hoe mijn laatste week in Peru voorbij is geschoten. Van het dorp van de waterval naar de rivier Mayo. Ongebaande paden, geheime reservaten die de gringos nog niet gevonden hebben. Als reisgenote Gisela. Een Limeense die ik heb overgehaald een stukje met mee te reizen en wat later terug naar Lima te gaan voor Kerst met haar familie. Die me, weliswaar aan het einde van deze reis; maar toch, wist te leren hoe de cultuur écht werkt. Van daar naar Lima. Met als gids een ware Limeense, van krottenwijk aan zee met het verste van het verste aan vis, naar upperclass surfplekken waar ik alleen had kunnen overnachten als ik deze reis niet had gemaakt. Van Lima een lege vlucht naar Buenos Aires. Alwaar mijn twee maatjes, eerst de een en dan de ander, aan zouden komen om samen het nieuwe jaar in te luiden. Ik kan steeds minder goed wachten....De spanning is onbeschrijvelijk. Kan ik nog samen zijn, na ruim twee maanden alleen? Kan ik het delen, alles wat ik mee heb gemaakt? Hoe zal het zijn, als ze door die schuifdeuren in de aankomsthal lopen? Zoals altijd of anders?Zoals altijd. De een na de ander, zijn ze veilig geland. Na een snufje Buenos Aires, door naar het hipste van het hipste van Zuid Amerika (Punta del Este in Uruguay), om op gepaste wijze te vieren dat we samen aan 2009 kunnen beginnen. En we zijn er. Het blijkt onbetaalbaar en vol Amerikaanse toeristen. Restaurants en winkels die ipv een logo/ naam, een bordje van Visa op hun gevel hebben. Hotelarrangementen die meer kosten dan mijn 6 weken in Peru. Een wind die sterker en kouder is dan ooit, volgens de receptioniste. En we hebben alleen maar een fleecevest bij ons. En een zomerjurk. En toch: de oceaan, de glimlachende Uruguayaan, de superverse vis en het feit dat we, ondanks de afstand, toch samen zijn, maakt het bijna perfect (alleen mijn lief ontbreekt nog)... We gaan met een lach 2009 in. Ik vermoed en hoop dat jullie dat ook net gedaan hebben.